Five Easy Pieces. Milo Rau en kinderen: ageren tegen het vergeten
Vlaamse theatermakers en kunstencentra staan hoog aangeschreven in het buitenland, een appreciatie die in het binnenland misschien niet zo sterk wordt aangevoeld. Af en toe producties die hier gemaakt worden en in verschillende landen succes hebben, ook in Belgische theaters programmeren, kan onder meer de waardering voor het eigen talent ten goede komen. Kunstencentrum Campo, Gent, heeft er om verschillende redenen dus goed aan gedaan Five Easy Pieces, een productie die eerder al op het KunstenfestivaldesArts in Brussel, waar Campo mee samenwerkte, alle lof kreeg, ook nog eens, na een buitenlandse tournee, in Gent en elders, te laten zien. Niet omwille van de puike vertolkingen door Vlaamse kinderen (meisjes en jongens tussen acht en dertien) en acteur-coach Peter Seynaeve, maar ook om het werk en vooral het engagement van de Zwitserse regisseur Milo Rau (°1977) bekend te maken en te evalueren.
Met Five Easy Pieces is Milo Rau voor het eerst met kinderen aan de slag gegaan. In 2013 was hij in Brussel in voorbereiding van een project over extremisme in gedachten en gedrag, van Breivik tot het actuele radicalisme. Mensen werden naar hun mening gevraagd, ook theaterlui. Hoe voelden ze zich tegenover hun land en zijn sociaal-politieke vorm en wanneer voelden ze zich Belg? Uiteindelijk kwamen de antwoorden neer op de herinnering aan de Witte Mars in 1996, toen een enorme massa, symbool voor een hele natie, zich één voelde in een protestmars (tegen het beleid) naar aanleiding van de ‘zaak Dutroux’, de kinderontvoerder en -verkrachter en de meest gehate Belg op dat ogenblik.
Milo Rau zag deze mars niet als een antwoord op een geïsoleerd voorval. Hij zag Dutroux, tot essentie van het kwade gesmeed, als een factor in een opeenvolging van gebeurtenissen en onthullingen die ook tot in alle geledingen van het maatschappelijk leven waren doorgedrongen. In Five Easy Pieces worden dan ook in een vijftal tableaus zowel politieke, sociale als persoonlijke gevoelens en reacties opgeroepen en worden de zeven acterende kinderen geregeld geconfronteerd met volwassenen die achter hen op een scherm verschijnen als het ware in een documentaire opname uit een verleden dat stilaan vergeten wordt. Dutroux (°1956) was, vooraleer hij definitief naar België kwam, kind in de voormalige Belgische Congo tijdens een troebele periode, waarin na de onafhankelijkheid van Congo, onder andere Lumumba (1925-1961) om politieke redenen werd vermoord. Meteen wordt in een eerste tafereel onder meer verwezen naar staatslieden en naar ‘macht’. In de volgende scènes komen we, zonder dat daarom Dutroux als personage wordt opgevoerd, innemend en sober dichter bij ontboezemingen, beschouwingen en interpretaties.
Milo Rau ziet theater maken met kinderen niet als een spelletje na-aperij. Kinderen leren weliswaar voor een goed deel door nabootsing, die ze echter in een eigen fantasie en (prille) ervaring verwerken.Kinderen tonen graag waar ze goed in zijn. Een instrument bespelen, goed kunnen zingen, mooi tekenen, schrijven, praten. Theater ‘spelen’. Merkwaardig hoe ze zich in Five Easy Pieces laten leiden in een zogezegd toneelklasje waar leraar-coach Peter Seynaeve ze door welgemikte vraagjes aanzet tot mededelen, vertellen en samenspel. Ze spelen geen toneel. ‘Theater is een poppenspel, maar met echte mensen’, zegt één van de meisjes. Ze laten zich leiden door hun durf voor een publiek te staan. Kwetsbaar en tegelijk stralend te zijn. Van Milo Rau hebben ze meegekregen dat zowel in het leven als op het theater meevoelen met iemand van groot belang is, en dat precies het niet willen meevoelen tot boosheid en kwaad leidt. Het zich in anderen, in casu de slachtoffers van Dutroux, invoelen, leidt in de voorstelling tot prettige, relativerende aankleding zowel als tot onder andere een serene suggestieve scène in de kelder van Dutroux. Peter Seynaeve is de vertrouwensman tijdens het optreden. De kinderen weten dat hij het beste van en voor hen wil. Ze beseffen dan ook dat de ‘zaak Dutroux’ smerig was. Seynaeve is de leidsman en af en toe ook een handige rekwisiteur in het spel waarin (door Milo Rau) aangestuurd wordt op documentair werken. Bepaalde scènes worden (pro forma) gefilmd. Bewijsmateriaal voor later? Tegen het vergeten? Tegelijk een sneer naar het soms overdadig gebruik van de camera als voyeur.
Milo Rau maakt theater, of het nu met volwassenen of met kinderen is, met professionelen of gelegenheidsspelers, vanuit de wetenschap dat de mens een wezen is dat halsoverkop in zijn bestaan duikt en daardoor een zekere blindheid opdoet, waardoor werkelijkheid en waarheid niet meer duidelijk genoeg gezien worden. Kunst kan daar aan verhelpen en theater zeker. Kunst is, aldus Rau (in Theater heute, jaarboek 2016), ‘een magnetisch veld, een perpetuum mobile. Theaterkunst is niet redelijk, of als document of archiefstuk bedoeld, maar in essentie wreedaardig’. Zoals het leven zelf?
Met zijn International Institute of Political Murder maakt Rau theater dat op concrete politieke actualiteit is gebaseerd. Geen teruggaan naar een ver verleden om de huidige toestand te symboliseren. Hij gaat recht op hedendaagse gebeurtenissen, gebruiken of misbruiken af, op de dingen die de meeste toeschouwers ofwel hebben meegemaakt of zich tenminste nog herinneren. Geen gefantaseerde personages. In een stuk over de val van het communisme in Roemenië, gaat het werkelijk over de executie van het dictatoriale echtpaar Ceausescu (1989). Rau ging niet akkoord met de veroordeling van de punkrockband Pussy Riot en dus ensceneerde hij een nieuw proces in een tot gerechtszaal omgebouwd theater. Dat maakte hem dan ook tot persona non grata in Poetins Rusland. Na andere producties heeft hij zelfs doodsbedreigingen ontvangen. ‘Niet mijn werk is aanstootgevend, wel de maatschappij die ik beschrijf’, verweert hij zich in een gesprek met Jasmin Post en Maria Groot (Bruzz, 04.05.2016).
Het fijne in het regiewerk van Milo Rau is, dat hij de kunst verstaat theater en een politieke en/of gruwelijke inhoud zodanig te verstrengelen dat het niet belerend wordt en zeker niet sloganesk. Als hij dan ook nog het risico neemt – op voorstel van Campo – om het met kinderen te doen, wordt het helemaal spannend omdat Rau dan ook de leefwereld van een kind met deze van de kijkende volwassenen confronteert. Five Easy Pieces toont in welke wereld de aankomende jeugd nu leeft en hoe deze door ouderen in een even hedendaagse tijd wordt geleid of misleid.
Five Easy Pieces werd bekroond met de Speciale prijs van de jury 2016 van de Belgische ‘Prix de la Critique Théâtre et Danse’.
Info: www.campo.nu