Recensie

De Blinden van Maurice Maeterlinck: iedereen blind en op de dool

De Blinden - © Kurt Van der Elst
De Blinden – © Kurt Van der Elst

De seizoenopening van Toneelhuis (Antwerpen) is een gezamenlijke productie van makers en spelers van dit ensemble. Meteen is De Blinden(1890) van de Belgische dichter, toneelschrijver, essayist en vertaler Maurice Maeterlinck (1862-1949), Nobelprijs 1911, in de visie en regie van Guy Cassiers een samenspel van woorden, muziek, poëzie en theatertechniek. Gezang, stemmen, mededelingen, en af en toe de aankondiging van een scènewisseling geprojecteerd tegen de achterwand van een decor die een overblijvend stukje natuur suggereert, zijn even symbolisch als het werk van Maeterlinck zelf.

De Blinden symboliseert de angst van een mensdom dat zonder kompas op de wereldbol ronddoolt. Angst maakt blind, maar schept vooral verwarring en onzekerheid over leven en dood. Mythen en mysteries klitten aaneen. De leider van het groepje zoekende mensen is weg. Misschien komt hij nog wel terug, misschien niet. Maeterlinck als voorloper van Samuel BeckettsWachten op Godot ?

Guy Cassiers ziet in De Blinden een aantal elementen die nog altijd zeer hedendaags zijn. De onrust, de angst voor het onbekende en onverklaarbare, het niet meer kunnen zien of niet willen zien hoe de ‘andere’, de medemens er uit ziet, het gemis aan durf om verantwoordelijkheid op te nemen en vandaar de noodzaak aan om het even welke gids. Een blinde die blinden leidt?

In zijn regie spreekt Cassiers meerdere zintuigen aan. Via verschillende lichttechnieken en toepassingen roept hij voortdurend weer andere associaties op. Je ziet niet wat je ziet als je er niet voor openstaat en je kijkgewoonten niet aflegt. De dialogen zijn alledaags, maar je hoort niet wat je hoort als je niet openstaat voor de wisselende betekenis die achter de schijnbaar gewone taal ligt. De vertaling van Erwin Mortier is zowel spreektaal als lees-taal, want ook Maeterlinck maakte van De Blinden geen theatraal of tragisch conflict. Hij legde vooral de nadruk op de behoefte van het naar buiten brengen, het uitspreken, van een aanvoelen van innerlijke onrust.

Cassiers laat, geheel in de opvatting van Maeterlinck, de grote schare (15?) spelers nauwelijks bewegen. Ze hebben omzeggens enkel stemcontact zowel met elkaar als met het publiek. Ze zijn stillevens, in vage kleuren. Een boek van Maeterlinck dat nauw aansluit bij de levensvisie die hij ook in Les Aveugles neerlegt, is Avant le grand silence (1934). De grote stilte van de dood kondigt zich, volgens Maeterlinck, al aan als een mens nauwelijks vijfenveertig is geworden en hij eigenlijk al van bij de geboorte als een gevangene heeft geleefd, voortdurend opgesloten in zijn dagelijkse beslommeringen. Uiteindelijk weet de mens niet waarheen hij zich beweegt, als hij al beweegt. De stilte van de dood is eigenlijk altijd en in iedereen aanwezig. InL’Oiseau bleu (1905), het wereldbekende en voornaamste werk van Maeterlinck, zegt Tyltyl (een kind dat met Mytyl, eveneens een kind, de blauwe vogel van het geluk en van het raadsel van het bestaan opspoort):

‘Il n’y a pas de morts, parce que tous les morts sont vivants et que tous les vivants sont morts. Les vivants vivent dans les morts et les morts dans les vivants, spirituellement et matériellement’.

Cassiers toont in De Blinden niet een metafysische benadering van het leven, maar houdt het bij de grote twijfel over de toekomst in een maatschappij die op de dool is geraakt omdat een houvast steeds moeilijker te vinden is. Mensen zijn eilandjes geworden die dringend tot elkaar moeten komen en één worden met alles wat leeft. Voor Cassiers is De Blinden een uitstekend kunstwerk om mensen samen te brengen en te confronteren met zichzelf en met de wereld waarin ze zich dagelijks bewegen. Het publiek bekijkt en hoort zichzelf in een enscenering die in een tijdspanne van vijftig minuten in slow motion voorbijtrekt. Bijzonder aan deze productie is ook dat ze slechts een zeer beperkt aantal voorstellingen heeft gekend en niet meer hernomen wordt. Dit meditatief uurtje over samen leven geldt als opening van een nieuw theaterseizoen dan ook als een duidelijk teken van een standvastig engagement van een Toneelhuis dat steeds meer en feller zijn grenzen verkent en verlegt.

De tekst van De Blinden, vertaald door Erwin Mortier, is uitgegeven bij Bebuquin (Antwerpen), in samenwerking met Toneelhuis.

Info: www.bebuquin.be of www.toneelhuis.be