Kunst van Yasmina Reza: vele tinten wit kunnen de vriendschap schaden.
Het Nederlandse gezelschap Dood Paard en het Belgische STAN kennen elkaar al lang, hebben waardering voor elkaars werk en hebben al meerdere keren de scène gedeeld. Met Kunst is het de eerste keer dat Frank Vercruyssen van STAN met Gillis Biesheuvel en Kuno Bakker (Dood Paard) samen spelen in een komedie waarin je geregeld op het verkeerde been wordt gezet.
De in het Frans schrijvende Yasmina Reza uit een joodse familie in Parijs geboren (1959), heeft een Hongaarse moeder die violiste is en haar vader is een Russisch-Iraanse zakenman die thuis piano speelt. Yasmina volgde mime bij Jacques Lecoq en speelde in commerciële theaters. In 1987 werd haar eerste stuk gecreëerd: Conversations après un enterrement. Het was meteen duidelijk dat ze een spittante dialoog kon schrijven, die nogal wat eisen stelt aan de spelers.
Vercruyssen, Biesheuvel en Bakker, beginnen doodernstig de naakte scène in gereedheid te brengen om uiteindelijk het schilderij uit te stallen waarrond alles draait. Draaien is hier zeer op zijn plaats want dat doen de spelers voortdurend. Het zogezegde tableau is witter dan wit en het is de bedoeling van Reza de spelers tegen elkaar op te zetten. Ongeëvenaard geestig is het mee te maken hoe de spelers in het doe-alsof-labyrint rond elkaar cirkelen en voortdurend van de ene dubbele bodem op de andere springen. Een jarenlange vriendschap wordt onder druk gezet. Zwarte humor loert langs vele kanten. Je laat je meeslepen in uitvergrote clichés.
In Kunst jut Reza de vrienden tegen elkaar op, en alweer een cliché: een ontvlammende Bourgondiër staat tegenover twee doodnuchtere Nederlanders, waarvan één toch niet zo spaarzaam als algemeen verondersteld wordt. De spelers gaan ten volle op in een schepping die als geen andere de hele discussie rond vragen over wat kunst is, zou kunnen of moeten zijn, en de mensen die er zich over opwinden, op een grandioze manier in de maling neemt. Herkenbare situaties worden eerst naïef voorgesteld, dan hilarisch en daarna worden de spelers tot grote hoogten uitgedaagd.
De spelers van STAN en Dood Paard verstaan de kunst van het afstandelijk acteren, het balanceren tussen het realistische en het absurde, het frivole en het crue, het zodanig dansen op de koord dat je net niet valt. Alleen al het feit dat Dood Paard en STAN samen een productie maken mag voldoende zijn om je naar de zaal te reppen.
Dat Kunst nu gespeeld wordt onder meer omwille van de actuele subsidiediscussie omtrent kunst en cultuur hier en elders in Europa, is mooi meegenomen. Maar ook in zogezegde gouden tijden is gelijk welke subsidiërende overheid niet mild als het kunstzinnige activiteiten betreft en staat de kunstensector altijd stamelend als laatste in de rij. De vele tinten wit waarmee de beleidvoerders hier te lande ook nu weer uitpakken zal zeker het vertrouwen van de burger schaden. Wellicht versterkt de ironie die in Kunst is verwerkt, weer voor een tijdje de weerstand van een kritisch kunstminnend en toch politiek braaf publiek.
Info: www.stan.be en www.doodpaard.nl