| Het Jack Sels Project: Jazz in het theater | 5 Juni 2003 |
Het kon haast niet anders: de première van Het Jack Sels Project moest worden georganiseerd in De Werf in Brugge. Niet omdat De Werf coproduceert (samen met Antigone, Kortrijk en Theater Zuidpool, Antwerpen), maar omdat De Werf nog altijd één van de weinige centra is waar jazz bestendig levendig wordt gehouden. Details daarover leest men in de al dan niet gespecialiseerde pers of hoort men van de jazzfans. Wat voor ons nu aan de orde is, is Het Jack Sels Project waarin jazzsaxofonist en –componist Jack Sels centraal staat in een theatervoorstelling.
Theatercriticus en dramaturg Peter Anthonissen, zoon van de eminente jazzkenner Juul, heeft het op zich genomen een scenische verwerking te maken van een groot aantal gegevens en archiefstukken omtrent Jack Sels, tussen 1945 en 1970 in Antwerpen een onbetwistbare peetvader van de jazzmuziek, zoals die in de jaren onmiddellijk na de Tweede Wereldoorlog uit kelders en andere verdoken plekken uit de donkere oorlogsjaren weer te voorschijn kwam. Het (korte) leven van deze Sels (1922-1970), die zich “een witte neger voelde” (volgens jazzmusicus Cel Overberghe, die meespeelt in de productie) biedt boeiende stof te over voor een toneelstuk, een film of misschien wel een poppenmusical, maar daar ging het voor Peter Anthonissen niet om. Opzet van het project was een evocatie te brengen van enkele memorabele momenten uit Sels’ leven waardoor ook diens muzikale bezetenheid en zijn emotionele en spirituele gesteldheid duidelijk werd.
Het originele van de productie zit hem in het feit dat twee acteurs de geschriften (want Sels was bij momenten ook schrijver) en de denkwereld (want Sels was begaan met wat er in de wereld omging) evoceren in één vloeiende lijn met wat de drie jazzmuzikanten op de scène presteren. Die lijn is misschien niet altijd zo volmaakt, maar toch van die aard, dat je na afloop van de voorstelling inzicht hebt gekregen in een stukje (muziek)geschiedenis en in een veelvoudig leven, al blijven er nog veel vragen onbeantwoord, vooral dan over het private leven van de mythisch geworden “vedette” Sels, zoon van een rijke reder die zijn erfdeel verdoet, gebeten is door de jazz en voor arbeiders opkomt. Er is gelukkig behoorlijk wat materiaal bewaard gebleven en er wordt in de voorstelling op een verantwoorde manier gebruik van gemaakt, niet chronologisch maar caleidoscopisch. Jos Verbist is een afstandelijke verteller tegenover Koen De Sutter die zich in zijn verbaliteit meer jazzy opstelt. De multimediaman Tom Van Overberghe is er dan om de mix van beelden te realiseren in overeenstemming met belichting, woord en muziek. Het sobere decor verwijst naar enkele “eigenaardigheden” uit Sels’ leven, zoals zijn liefde voor katten.
Heel bijzonder is de voorstelling omdat ze steunt op de lijfelijke aanwezigheid van drie toffe jazzmuzikanten op de scène: de saxofonist Cel Overberghe, de bassist Free Madou en de drummer Percy Jones, die er niet staan als decorelementen maar als een wezenlijk deel van de voorstelling en meteen door hun voortreffelijke optreden van de klankkleur laten genieten die zo bijzonder is aan de jazzsessies waar in het stuk naar verwezen wordt. Het ware doodjammer mocht die livemuziek bij volgende voorstellingen vervangen worden door bandopnamen. Naar verluidt is onder meer ook vanuit Frankrijk belangstelling voor deze productie. Een reden te meer om ze, mits eventueel boventiteling voor het buitenland, zo te houden.
Meer info:
info@dewerf.be
post@antigone.be
info@zuidpool.be
|
| Dit artikel werd reeds 142 keer gelezen. | auteur(s):Roger Arteel |
|