Theatermaggezien ®
omdat theater belangrijk is...
ARCHIEF 2000 - 2014

Schuilkelders en Paleizen: klassiek wordt actueel in het werk van Piet Arfeuille 27 Juni 2012


© Paul De Cloedt
Bij uitgeverij Lannoo (Tielt) zijn vier stukken van acteur, auteur en vooral regisseur Piet Arfeuille (1961) gepubliceerd met een voorafgaand essay van literair criticus (en ex-theaterrecensent) Marc Cloostermans die de gekozen stukken in de context plaats van de evolutie die Arfeuille in zijn persoonlijke ontwikkeling en als theatermaker heeft doorgemaakt. Achtereenvolgens zijn in Schuilkelders en Paleizen de teksten Raadseltjes, Hamlet, De Storm en De Zaak opgenomen. Bijzonder is ook het fotokatern over een veertiental stukken in zijn regie.

Wie het werk van Arfeuille volgt, weet dat hij veel aandacht besteed aan het fotografisch-beeldend benaderen van mensen en situaties, om de toeschouwer aan te zetten tot een eigen interpretatie. Hij verwijst graag naar de Noord-Amerikaan Edward Hopper (1882-1967), schilder van de eenzaamheid en naar de Duitse fotograaf Wolfgang Tillmans (1968-1997) die experimenteerde met de realiteit, kunstenaars die in hun werk de poëzie van het alledaagse hebben uitvergroot. Het is kijken naar iemand die niet weet dat hij bekeken wordt en dan dingen zien die niemand anders ziet. Deze manier van kijken past Arfeuille toe op de stukken die hij al dan niet zelf heeft geschreven. Altijd gaat het er om stukken opnieuw te bekijken, telkens weer opnieuw ontdekken, schrijven en interpreteren.

In Schuilkelders en Paleizen worden vier interpretaties gepubliceerd van teksten uit het klassieke repertorium, die hij tussen 2000 en 2011 realiseerde voor HetPaleis (Antwerpen, in samenwerking met het RITS, Brussel en De Schaduw, Ardooie) of voor Malpertuis (Tielt) en Productiehuis Brabant (‘s Hertogenbosch).

Met Raadseltjes geeft Arfeuille het eeuwenoude Oedipusverhaal een zeer actuele betekenis. Oedipus en Kreoon zijn politici van vandaag die het niet makkelijk hebben met ‘de pest’, symbool voor allerhande crisissen. Het is niet moeilijk in Oedipus een politiek warhoofd te herkennen die de media gebruikt en praat zonder iets te zeggen. De troon van Oedipus is in de realisatie van Arfeuille, een massagetafel waarop de plooien worden gladgestreken. De productie was bedoeld om jonge spelers aan het werk te zetten en ook om een jong publiek aan te trekken. De voorstelling ontstond voor een deel uit improvisaties, waardoor meteen het spelconcept een eigentijds karakter kreeg.

Raadseltjes was echter niet de eerste productie waarmee Arfeuille in de kijker liep. Zijn zoektocht naar de essentie van het leven en het theater was al begonnen met De Golf (gebaseerd op de roman van Morton Rhue), een schoolvoorstelling met honderd leerlingen op een collegescène, later binnengehaald door het toenmalige Antwerpse Jeugdtheater. Hij ging aan de slag in het amateurcircuit en in zijn eigen theater, De Schaduw in Ardooie. Tussen 1990 en 1994 volgde hij een opleiding aan de Toneelacademie en de Jekerstudio in Maastricht en werd hij beroeps.

In zijn keuze voor Schuilkelders en Paleizen, brengt Arfeuille vier stukken onder de aandacht waarin hij de lijn die hij met Raadseltjes inzette, verder ontwikkelde en die hij wellicht het meest representatief acht voor zijn visie. Sofokles (Oedipus: Raadseltjes), Shakespeare (Hamlet en De Storm) en de mythe van Orpheus en Eurydice (in De Zaak), hielden hem al langer bezig. Vooral met De Zaak manifesteert hij de durf zich losser dan anders op te stellen tegenover een tekst, tegenover woorden, tegenover schrift.

Arfeuille streeft een bevrijding na van de theatrale elementen. Hij vindt het spannend dat de verschillende elementen een zekere autonomie hebben, maar aanvaardt ook dat autonome elementen met elkaar in contact blijven, zoals moleculen elkaar in een spanningsveld in evenwicht houden. Er is eerder sprake van nevenschikking dan van onderschikking. De beeldende kunst (onder meer ook de fotografie) lijkt daar vaker in te slagen. Volgens Arfeuille hebben de elementen in het theater te veel een dienende functie. Het verhaal domineert te sterk. Het maakt taal, handeling, personages, beweging, enscenering, aankleding, geluid, licht, ondergeschikt. Arfeuille opteert steeds meer voor weinig verhaal om veel te vertellen. Net als bij een confrontatie met beeldende kunst, kan een voorstelling werken als een vraagstelling waar een publiek onbevangen durft instappen.

Deze visie werd duidelijk doorgedrukt in De Zaak, waar de speeltekst als leestekst werd aangeboden. De gedrukte tekst in Schuilkelders en Paleizen, verscheen op schermen, en de ruimte liet zich lezen als een boek. Geschreven en gedrukte woorden vloeiden over en boven de scène. Poëzie, maar zonder klank. Woorden die je zag, maar niet als woorden, maar als passanten die je in de ogen kijken. Terwijl de tekstband zijn werk deed, evolueerden twee dansers over de scène. Vrije dansers die voortdurend eigen patronen uittekenden. Zij symboliseerden het zich bevrijdende leven, zonder een personage te worden.

Aan De Zaak waren al een aantal regies van Arfeuille vooraf gegaan, die dezelfde hierboven geschetste visie inhielden. Onder meer Are you ready, are you ready for love en 2019 (Droomspel) zijn van dezelfde orde. Het ware zeer spijtig mochten deze, en nog andere regies van Arfeuille in het vergeetboek raken. Verschillende uitgeverijen zetten zich momenteel in om theaterteksten te publiceren. Wellicht komt er ook wel eens een theaterkijkboek. Het laatste woord over het werk van Piet Arfeuille is trouwens bijlange nog niet gezegd. In afwachting kunnen theaterfans zich vermeien met Schuilkelders en Paleizen en krijgt uitgeverij Lannoo applaus .


Info: www.lannoo.com

Dit artikel werd reeds 83 keer gelezen.auteur(s):Roger Arteel