Theatermaggezien ®
omdat theater belangrijk is...
ARCHIEF 2000 - 2014

Het derde deel van de man zonder eigenschappen overdondert compleet.
Het Toneelhuis, De Misdaad
4 Juni 2012


© Koen Broos
Theater dat je groggy slaat, zo vaak maak je dat niet mee. Een totaalbelevenis. Mentaal, rationeel, emotioneel ben ik tot het diepst van mijn vezels geraakt.  Overdonderd verlaat ik de Bourla. Dit derde deel van De Man zonder Eigenschappen slaat je murw. Door het spel van Johan Leysen en Liesa Van der Aa, door de gelaagde tekst, de enscenering, de beeldentechniek van Guy Cassiers. Nu, nu weet en voel je weer waarom er theater is, moet zijn. Esthetisch en existentieel komen hier de vragen des mensheid aan bod, in twee personages die parallel en organisch uitgroeien tot vier mensen die worstelen met de ambiguïteit van het goede en het kwade, met het gegeven dat levensvragen antwoorden verlangen, en dat tegelijkertijd die antwoorden vragen blijven. Levenslang.

De trilogie van de theaterbewerking van Robert Musils magistrale roman De man zonder eigenschappen is als een trechter. In het eerste deel schuiven nog veel personages over de paleiselijke Weense vloeren, in het tweede deel worstelen heel zacht en lieflijk de man zonder eigenschappen Ulrich en zijn zus Agathe met hun wederzijdse liefde, (zie beide besprekingen in het archief), in dit laatste deel komt de seriemoordenaar Moosbrugger waarover in de vorige delen steeds meer gesproken wordt, zelf aan het woord. Hij gaat als het ware in dialoog met zijn slachtoffer. Een hoertje dat hij met 35 messteken vermoord heeft. Het personage van Moosbrugger gaat over in de schrijver Robert Musil zelf. In de tekst van Yves Petry staat dat ook zo.

Moosbrugger en Musil zijn personages in één acteur. Het slachtoffer blijft slachtoffer genoemd, hoewel ook de prostituee overgaat in Herma, een vroegere geliefde van Musil, die jong gestorven is aan syfilis, op haar overgebracht door Musil. Hij ontkent dat in zijn leven, haar dood maakte van hem een andere man met een roeping in zijn leven, maar nu, in deze dialoog geeft hij het toe. Ook hij is eigenlijk dus een moordenaar. Maar hij als schrijver deelt de woorden uit, geeft ieder zijn rol. Ook aan Moosbrugger, ook aan hem zelf. Moosbrugger en Musil vloeien in elkaar over, zoals ook de vrouwelijke slachtoffers, zoals ook de geprojecteerde beelden van het hoofd van Johan Leysen. Via een voor Guy Cassiers nieuwe techniek, face morphing genaamd, vervormt zich het sprekende hoofd in een ander hoofd, en verder door naar een vormloze en abstracte kleiklomp. Lust en rouw glijden in elkaar, het ritueel van de lust wordt een rouwritueel. Eros en thanatos blijven des mensen. Moosbrugger verklaart dat er ooit maar één mens geleefd heeft, Jezus, en die werd gedood. Hij roept zijn zogenaamde medemensen op om over hem en over de mensheid als geheel te oordelen, over zijn gruwelijkheden en over de momenten waarop de wereld onvoorstelbaar mooi wordt. Met dit gesproken fragment gaat Liesa Van der Aa in dialoog met een vioolspel, een onvoorstelbaar krachtig moment dat door merg en been gaat.

De eenzaamheid van het leven in een veelheid van gedachten, dat alles is zo eigen aan het dikke boek van Robert Musil, en wordt hier in een theater van een 70 minuten in al zijn volheid op de scène gezet. De stem van Johan Leysen alleen al, het verbale en muzikale spel van Liesa Van der Aa treffen je vanaf het eerste woord, vloeien over in een heldere symbiose van beelden, woorden, klanken, grijpen je bij de lurven. Dit is weer eens theater, kunst, waarop je altijd hoopt.

Yves Petry inspireerde zich op het magnum opus van Robert Musil en schreef een heel nieuwe tekst. Die is uitgegeven door Bebuquin en Toneelhuis.

De Misdaad wordt als apart deel gespeeld en is ook als zodanig goed te volgen. In de loop van de volgende maanden zijn er ook Musilmarathons waarop de drie delen achter elkaar gebracht worden.


Info: www.toneelhuis.be

Dit artikel werd reeds 89 keer gelezen.auteur(s):Tuur Devens