Een (te) rustige reis HETPALEIS, De tocht van de olifant
| 20 Februari 2012 |
 © Kurt Van der Elst |
Stefan Perceval lijkt een vaste waarde in HETPALEIS te worden, met elk seizoen een nieuwe creatie. Hij maakte er al U bent mijn moeder (een afgezwakte versie van het zeer ingetogen autobiografische stuk van Joop Admiraal). Volgden nog Bolleke Sneeuw en het heel flauwe Eeuwige Sneeuw. De tocht van de olifant is zijn nieuwste productie bij HETPALEIS en is sterker dan de vorige producties dankzij het mooie acteerwerk van Sien Eggers en Marc Van Eeghem, het verhaal van José Saramago, de pianocomposities van Jef Neve, de uitvoering door Bram Weijters, de scenografie van Jan Strobbe. Deze mensen leveren allemaal mooi werk zoals we van hen konden verwachten, maar toch schort er iets: het geheel blijft niet boeien. Het stuk wil voor volwassenen en kinderen vanaf 10 jaar aan de hand van een concrete tocht van een olifant van Lissabon naar Wenen halverwege de 16de eeuw een verhaal over de wereld vertellen. Over machthebbers met hun absurde wensen en bevelen. Over de geschiedenis, over mensen, over macht en machtsmisbruik, over de relatie tussen mens en dier, over het samengaan van angst en godsdienst. Zoals dat ook redenen voor José Saramago zijn geweest om deze echt gebeurde historie na te vertellen. Er zitten heel veel subtiele verwijzingen in de tekst naar bestaande of historische toestanden, naar menselijke zwakheden, naar machtsmisbruik doorheen de eeuwen in geloof en politiek, enzovoorts. En ook naar de relatie tussen de personages op de scène. Het zijn de koning en de koningin die de begeleider en oppasser Subrho spelen, maar die ook nog onderling hun relatie in vraag stellen. Kortom: er zitten heel wat lagen in dit stuk. Misschien wat te veel. De tekst is heel belangrijk, en vraagt veel concentratie om te volgen en de subtiliteiten te onderkennen. Sien Eggers en Marc Van Eeghem zeggen hun teksten ingetogen, op een relativerende en wat lichte toon, maar dat is niet voldoende om constant de aandacht erbij te kunnen houden. Het spel an sich is statisch en abstract. De olifant is een grote gitzwart gepolijste golvende blok waarop de pianist troont, en de andere personages zijn aangerolde staanders met verschillend gemodelleerde hoofddeksels. Allemaal mooi om te zien, en de muziek is heerlijk melodieus en bijwijlen romantisch. Het statische spel geeft rust, als ook de pianostukken tussen de verhaalmonologen en dialogen in. Maar het wordt een rust die - bij mij toch - een ongedurigheid opwekte. Sacraal en sereen is deze tocht van de olifant, misschien wel een beetje te esthetisch sereen.
Info: www.hetpaleis.be
|
| Dit artikel werd reeds 180 keer gelezen. | auteur(s):Tuur Devens |
|