Theatermaggezien ®
omdat theater belangrijk is...
ARCHIEF 2000 - 2014

Claus tegen het licht van nu
Thuis van Compagnie Lodewijk/Louis en ‘t Arsenaal
19 Maart 2010


(c) Eric Raeves
Thuis is niet alleen een serie op Eén. Het is al veel langer een toneelstuk van Hugo Claus. Een stekelige komedie over familierelaties, waarin de auteur al zijn thema’s verwerkte. Compagnie Lodewijk/Louis en ’t Arsenaal maken er een vermakelijke versie van die wat diepgang mist.

Midden op de scène staat een monumentale, donkere, houten trap. Die vervangt in zijn eentje het burgerlijke interieur dat Claus zelf voor het herenhuis in het stuk had bedacht: ‘Een vrij statige meubilering, fluwelen gordijnen, een kroonluchter in het midden, eiken tafel en stoelen’, enzovoort. De trap als symbool of metonymie voor het huis of zelfs voor de hogere burgerlijke klasse waartoe het gezin zo graag wil behoren, werkt. Theo en Monique Vandaele (Greg Timmermans en Hilde Van haesendonck) hebben het huis voor een prikje kunnen kopen. Addertje onder het gras is Lena Vergote (Jos Geens), de demente moeder van de oorspronkelijke eigenaar. Ze was inbegrepen in de prijs. Na drie jaar afwezigheid komt verloren zoon Rik (Thomas Bellinck) nog eens aanwaaien met zijn nieuwe vriendinnetje Sonja (Evelien Van Hamme). De Oedipuscomplexen, verzuurde familierelaties en seksuele metaforen zijn vanaf dan niet meer van de lucht.

De acteurs spelen hun rollen veelal als schetsmatige half-karikaturen. Amusant is het wel. Het zet het humoristische gehalte van de tekst in de verf. Vooral Greg Timmermans als de door vrouw en zoon verguisde vader overtuigt. Idem voor de bijna psychopathische blik van Thomas Bellinck. Hoewel ook Jos Geens zich vol overgave op zijn rol gooit, blijft de keuze om hem een vrouw te laten spelen vreemd ogen en klinken.

Het wordt al snel duidelijk dat er met elk gezinslid wel iets mis is. Vooral de ouders zetten zichzelf allerminst in een gunstig daglicht. De moeder heeft met haar schoonheid ook al haar dromen zien verdwijnen. Daarvoor zoekt ze constant een schuldige. Meestal is haar man kop van jut. Maar ook haar zoon-en-god moet het ontgelden. Ze verwijt hem dat hij haar lichaam en dus haar leven verwoest heeft. Op die manier probeert ze hem een schuldgevoel aan te praten en hem opnieuw aan zich te binden. Als hij weer thuis komt wonen, komt ook met haar alles weer goed. Dat houdt ze althans zichzelf voor. De schrijnende eenzaamheid van de moeder moet je tussen de humor en het ludieke spel uitvissen, maar ze zit er wel degelijk in. Hetzelfde geldt voor de verhouding van Rik ten opzichte van zijn moeder. Op geen enkele van haar brieven heeft hij geantwoord. Hij heeft ze zelfs niet gelezen. En nee, hij neemt zijn moeder nooit eens mee op een uitje, om een gebakje te gaan eten of iets anders leuks te doen. Je kunt echter wel vermoeden dat hij het met haar – in tegenstelling tot met zijn vader – goed voorheeft. ‘Het komt er gewoon niet van’ om iets samen te doen. En nadat hij haar eten naar binnen heeft geschrokt, zegt hij wel ‘’t Was lekker, mama.’ Het blijft dubieus, maar diep vanbinnen zien die twee elkaar wel graag. Van een relatie tussen Rik en Sonja kun je nauwelijks spreken. Hij gedraagt zich ronduit boertig tegen haar: ‘Kunde gij uwen brol ni achter uw gat opkuisen? Ge zijt hier ni thuis.’ Hij laat haar op de sofa slapen en moedigt het seksuele spelletje tussen haar en zijn vader alleen maar aan. Seksualiteit blijkt al snel het grote probleem van Theo. Hij heeft last van de frigiditeit van zijn vrouw en voelt zich als een hormonale tijdbom, klaar om te ontploffen. Algauw merk je dat dit stuk vooral draait om het gezin Vandaele en hun onderlinge, scheefgegroeide, relaties. De personages Sonja en Lena Vergote zijn vooral katalysatoren die escalatie mogelijk maken.

Regisseur Yves De Pauw (Lodewijk/Louis) heeft wat geschrapt in de tekst van Claus en paste hier en daar een detail aan om hem te actualiseren. Dat geeft hem iets meer vaart dan het oorspronkelijke materiaal. Over het algemeen wordt de tekst in ere gehouden. Daardoor past de voorstelling in het voornemen van ’t Arsenaal om af en toe ‘klassiek repertoire tegen het licht van de tijd’ te houden en op die manier te proberen ‘een verhaal van de wereld vandaag’ te vertellen. De aanpassingen zorgen er inderdaad voor dat Claus’ tekst allesbehalve gedateerd klinkt. De christelijke moraal krijgt een iets minder prominente plaats (hoewel hij er wel nog inzit in de vorm van het schuldcomplex dat Monique haar zoon probeert aan te praten). In de plaats komt mijns inziens een actueler thema op de voorgrond. Katalysator Lena roept tegelijk vragen op over de opvang van en de omgang met senioren die hun levenskwaliteit zien afnemen. In dit geval: door dementie. Twee jaar na de zelfgekozen dood van de auteur, lijkt het allerminst toeval dat de regisseur precies dit stuk, met dit personage, uit het repertoire heeft gekozen. Misschien is het daarom juist zo jammer dat in de eerste betekenislaag vooral de kaart van het vermaak is getrokken. Het is pas achteraf, als je zelf al lang weer thuis bent, dat het lot van de demente Lena, met al haar kwalen en al haar behoeften, blijft hangen en tot denken stemt. De diepgang is er dus, alleen is hij iets te veel opgevuld met vrolijk spel om goed tot zijn recht te komen.


Info: www.tarsenaal.be

Dit artikel werd reeds 521 keer gelezen.auteur(s):Ines Minten