Puur en droog verteltheater Mayerling van De Parade | 4 November 2009 |
In Mayerling weeft auteur Rudi Meulemans drie monologen door elkaar. Een journalist, een wetenschapper en een kunsthistoricus hebben het elk op hun eigen manier over het belang van ordening. De mens probeert orde aan te brengen in alles wat hem omringt om op die manier vat te krijgen op het leven (en liefst ook op de dood). Drie jonge acteurs (Karel Tuytschaever, Tibo Vandenborre en Jorre Vandenbussche) brengen in regie van Hilde Wils uiterst sober verteltheater in een uiterst eenvoudig decor. Dat is heel wat anders dan de 'historische thriller' die De Parade vooraf aankondigde.
Mayerling is het sluitstuk van een vierluik over de Habsburgers. Sternberg (2006), De executie van Maximiliaan (2007) en Sarajevo (2008) onderzochten net als het huidige stuk op hun geheel eigen manier de wortels van het moderne Europa. In Mayerling staat het verhaal van de Oostenrijkse kroonprins Rudolf, de zoon van Sisi en keizer Franz Jozef, centraal. Hij en zijn maîtresse, Mary Vetsera, werden in 1889 dood aangetroffen in het landhuis Mayerling. Zelfmoord? Moord? Het is altijd een raadsel gebleven. Een journalist (Jorre Vandenbussche) vermengt hun verhaal met dat van hemzelf en zijn zieke vrouw. De twee andere personages hebben hun eigen fascinaties. De wetenschapper is vooral begaan met de evolutietheorie van Darwin. De kunsthistoricus heeft het onder meer over paradigmawissels en canonisering in de kunst. 'Wat niet geordend kan worden, wat geen plaats heeft binnen het systeem, bestaat niet', zegt hij. Naarmate de voorstelling vordert, haken hun verhalen vaker in elkaar, tot je uitkomt bij het universele verhaal van leven en dood en hoe je daartoe te verhouden. De wetenschapper en de kunsthistoricus zijn veel meer dan de journalist vertellers van feiten en anekdotes. Zij gaan nergens de persoonlijke toer op en blijven zo op veel grotere afstand dan het eerste personage. Hun rol beperkt zich tot het stellen van pertinente vragen.
Die vragen – dat is waar het hem uiteindelijk om draait in de voorstelling. Waarom bestaat het heelal? Waarom bestaat er niet niets? Wat is echt? Wat is fictie? Waarom worden we ziek? Waarom gaan we dood? We weten dat het binnenkort mogelijk zal zijn om aan de hand van je DNA vast te stellen hoe oud je zult worden. Maar wil je dat weten? En hoe zou het voelen om een vleermuis te zijn? Door alles onder te brengen in geordende systemen, probeert de mens vat te krijgen op zulke vragen. Maar antwoorden? Zijn we in staat die te vinden?
Het uitgangspunt van Mayerling is interessant genoeg. Maar wat doet De Parade ermee? Hilde Wils plaatst drie jonge acteurs die nooit eerder bij het gezelschap speelden, op een podium met hun tekst. En daar lijkt het dan ook bij te blijven. Een reeks stoelen helpt hen om hun positie op de scène te veranderen. Verder niets. Tijdens het repetitieproces heeft De Parade met de vaste acteurs van het gezelschap filmbeelden gemaakt die aansluiten bij de tekst. Uiteindelijk hebben die geen plaats gekregen in de voorstelling zelf, maar zijn ze nadien in de foyer te zien. Daardoor gaan ze aan de meeste toeschouwers voorbij. Is dit een gemiste kans om Mayerling wat meer pit en pak te geven? In elk geval is het wel dat wat de voorstelling mist: pit en pak. De acteurs roeien met de riemen die ze gekregen hebben. Maar die riempjes zijn uitermate dun. De tekst van Rudi Meulemans verzamelt een aantal originele perspectieven en zet daarmee – in het beste geval – de toeschouwer aan het denken. De acteurs doen hun best om die tekst op een zo duidelijk en beklijvend mogelijke manier in de zaal te laten aankomen. Maar ze lopen er af en toe verloren in door gebrek aan houvast. Mayerling is puur, maar te droog verteltheater. Er gebeurt te weinig met de tekst om hem een blijvend plekje te geven in het collectieve geheugen van het publiek. 'Mayerling begint als een historische thriller', kondigt De Parade aan. Wie zoiets verwacht, blijft wel heel erg op zijn honger zitten.
Info: www.deparade.be
|
| Dit artikel werd reeds 160 keer gelezen. | auteur(s):Ines Minten |
|