Theatermaggezien ®
omdat theater belangrijk is...
ARCHIEF 2000 - 2014

Krapps laatste band
Een puinhoop van herinnering
30 December 2008

NTGent zet Samuel Becketts klassieker Krapps laatste band op het programma. Van een stuk van nauwelijks tien bladzijden lang maken regisseur Johan Simons en acteur Steven Van Watermeulen een voorstelling van anderhalf uur. Het is vooral een voorstelling over herinneringen aan wat voorbij is en bijgevolg aan de puinhoop die het aftakelende personage vindt als hij op zijn verleden terugkijkt.
 
Bij leven en welzijn eiste Beckett dat er heel strikt met zijn teksten en regieaanwijzingen werd omgegaan en ook zijn erfgenamen hebben daar tot nu streng op toegezien. Johan Simons springt iets vrijer om met de grenzen van de auteur. In plaats van het traditionele kleine tafeltje met twee laden en een lamp erboven, werkt Simons met een futuristisch ogend doorzichtig tafeltje met een grote rode knop erop. Daarachter ligt een grote hoop vuil waaruit Van Watermeulen zowat alle attributen opdiept. Je kunt de berg zien als een letterlijke uitbeelding van de puinhoop die Krapp van zijn leven heeft gemaakt, de pijnlijke herinneringen waar zijn leven vandaag nog altijd mee besmeurd is. Ook een verschil met de oorspronkelijke regieaanwijzingen is de manier waarop Steven Van Watermeulen het podium beklimt. Beckett liet Krapp al aan zijn tafeltje zitten, klaar om in actie te schieten. In de enscenering van Simons komt hij aarzelend en stuntelend op, zijn wangen nat van de tranen, met niet meer aan het lijf dan zijn baard. Het lijkt wel een eeuwigheid voor hij in de zwarte hoop zijn kleren heeft gevonden en ze zo goed en zo kwaad als het gaat heeft aangetrokken, enorme witte laarzen (wél een regieaanwijzing van Beckett) incluis. De aanloop naar het eerste woord in de voorstelling duurt erg lang – ik zou zeggen: een tikje té – maar fascineert tegelijk ook. 'Wie is die man?' vraag je je af. 'Waarom is hij naakt en waarom gaat het allemaal zo moeilijk? What the hell is going on?' Achteraf gezien benadrukken de naaktheid en de tranen vooral de kwetsbaarheid van het personage, die hem voor de rest van het stuk niet meer verlaat.
 
Krapp is 69, sterk bijziend, moeilijk te been, afgetakeld. Hij is – zoals de titel van het stuk aangeeft – toe aan de laatste stap in het ritueel dat hij al jaren volhoudt. Op zijn verjaardag gaat Krapp in zijn eentje op café, hij krabbelt wat gedachten over het voorbije jaar neer op een stukje papier en keert vervolgens terug naar huis om die gedachten uitgebreider te formuleren op band. Voor de opname begint, luistert hij echter eerst naar een of andere band uit het verleden. Vandaag wordt dat doos drie, spoel vijf. Een cruciale band, zo blijkt. Het publiek krijgt Krapps dertig jaar jongere zelf te horen, met krachtigere stem, vol van ambitie en overtuiging. In de loop van de voorstelling wordt duidelijk hoe fataal zijn toenmalige beslissingen Krapp uiteindelijk geworden zijn. Op 39-jarige leeftijd heeft hij radicaal voor een auteurscarrière gekozen. Voor die ambitie heeft hij de liefde opgegeven. Het moment waarop de band vertelt hoe Krapp de relatie heeft beëindigd, spoelt hij keer op keer terug. De herinnering wordt daarmee pijnlijker, de zwarte hoop achter hem krijgt almaar meer betekenis als blijkt dat het met de literatuur nooit iets is geworden en dat in plaats van de liefde niet meer is gekomen dan een nietsbetekenende scharrel hier en daar. Wat Krapp rest, is leegte en totale eenzaamheid. Er is niets wat de klappen van de herinnering voor hem kan verzachten. Erger: ook in zijn hoofd slaagt hij er niet in de band nog stil te krijgen. Dat benadrukken Simons en Van Watermeulen door Krapp hele en halve zinnen van de band te laten voorzeggen – een ingreep in de oorspronkelijke tekst die de interactie tussen opname en personage in de verf zet en de voorstelling nu en dan een welkom tikje meer vaart geeft. Na anderhalf uur diept Krapp zijn 'laatste band' op, een blanco exemplaar, waarop de herinneringen aan het afgelopen jaar moeten worden geregistreerd. Maar hij kan niets bedenken dat de moeite van het herhalen, laat staan van het bewaren, waard is.
 
Krapps laatste band is behoorlijk taai materiaal om toegankelijk te brengen en dat merk je in de enscenering van NTGent ook. Hoe intrigerend de smoelen van Steven Van Watermeulen ook zijn, hij kan niet verhelpen dat de aandacht nu en dan even wegzakt, met het gevaar dat stukken van het verhaal de zaal niet helemaal bereiken. Wie er wel in slaagt om alle details mee te hebben, heeft echter een geslaagde Beckett achter de kiezen en gaat naar huis met de herinnering aan een ultiem tragisch personage, kapotgeslagen door misplaatste ambitie en fatale beslissingen.
 

Info: www.ntgent.be


Dit artikel werd reeds 203 keer gelezen.auteur(s):Ines Minten