Dansers verpopt. Colette Sadler, The Making of Doubt | 15 December 2008 |
Dans en figurentheater, objecten en lichamen. Materie. Dood en levend. Met en zonder anima. Wanneer wordt een doods object een bewegend lichaam, wanneer verandert een lichaam in een object? Al een elf jaar geleden brachten wij op het Internationaal Poppentheaterfestival Dommelhof-Neerpelt producties die figuren en dans in cross-overs combineerden. Dat leidde tot pareltjes, zoals Insect van Eric Raeves. Afgelopen week was ik toevallig in Berlijn. Daar vond een dansfestival plaats: Tanznacht door de Tanzfabrik. Ik las dat er ook een voorstelling met poppen en dansers was. Geef toe, ik moest dus wel gaan kijken. Ze had perfect gepast op ons festival van toen. Ook an sich is het een leuke productie die met humor poppen en vooral prothesen laat bewegen. "Waar een menselijk lichaam wordt voorgesteld, wil nog lang niet zeggen dat daarin een mens is." Dat vormt het uitgangspunt van The Making of Doubt van Colette Sadler, een Schotse choreografe , die o.a. een opleiding genoten heeft aan het Laban Centre in Londen, en nadien werkzaam is geweest in New York, Ottawa, Glasgow. Nu pendelt ze tussen Glasgow en Berlijn. Op het Spring Dance- festival in Utrecht 2008 was er een toonmoment van deze nieuwe productie. "Ze speelt met de constructie en waarneming van werkelijkheid, en hun misleiding en bedrog." Bij het binnenkomen zien we zes mensen op het podium zitten. Capuchonjasjes, trainingsbroeken, gymschoenen. Streetboys, met de rug naar ons toe. Een paar komen in beweging, tillen een ander naar een andere plek. Al snel heb je door wie van hen poppen zijn, ook al blijven ze met hun ruggen en capuchons naar het publiek, en laten ze hun gezicht niet zien. Het spel van verplaatsen en in bepaalde houdingen zetten, wordt nog een tijdje herhaald, in gewoon tempo, in slow motion, langzaam, en zeker niet snel, en steeds worden houdingen in tableaus vivants bevroren. Ze gaan zitten, ze rollen over elkaar op de grond, ze liggen op elkaar, ze maken duetjes. De 'echte' dansers manifesteren zich steeds duidelijker: ze maken zwiepende bewegingen, alsof ze aan draden bengelen. Streetboys als hangjongeren. Marionetten in vrije beweging, aangetikt en als het ware in vrije val op zoek naar stilstand Daarna verhoogt het tempo: de drie danseressen en de ene danser zijn nu in het echt te zien, ze kleden de poppen uit, ze kleden zichzelf uit tot hun ondergoed in dezelfde tint als de stof van de poppen. Nog steeds worden na de korte acts de houdingen waarin ze zitten, staan, bewegen bevroren. Er wordt met de poppen gegooid en de dansers maken de valbewegingen in tollende slowmotions. Bevroren beelden van bevroren mensen. Ledenpoppen. Daar hangen ze, met open mond, en verdwaasd, aan onzichtbare draden. Alle vier bewegen ze op bevel van de danser hun hoofd, hun arm, steeds feller in afwisseling. Ze verdwijnen achter een karton. Nu wordt het echt mooi. Klanken bepalen het langzame schuiven van de kartonnen, die de hoogte ingaan, naar voor en naar achter buigen. Een mooie geometrische choreografie van vlakken, zonder dat je een glimp van de manipulatoren kunt opvangen. Dan komt er een danseres van achter het karton te voorschijn: met drie armen! Wat later komt er een met drie benen, weer wat later een ander met een derde arm op de rug, de laatste met een extra been op de plaats van een arm. De prothesen dirigeren de verbaasde dansers in potsierlijke en grappige bewegingen. Dat leidt af en toe tot hilarische gevechten met henzelf. Je zou voor minder aan je eigen lijfelijke mogelijkheden gaan twijfelen. Ze kleden zich weer uit, en zo zien we hoe de extra armen en benen bevestigd zijn. Laconiek bestuderen zij zichzelf, even flegmatisch dansen ze de prothesen van zich af. Verpopte dansers ontpoppen. Al bij al zet deze productie een aantal lichaamszekerheden op zijn kop, en experimenteert op een humoreske wijze met materiaal, dat het lichaam of lichaamsdelen namaakt. Het lichaam als object, maar een object dat in vergelijking met het lichaam van vlees en bloed en spieren en zenuwen, beperkt is in zijn bewegingen,. Wordt er aan een lichaam een (prothese)object toegevoegd, dan ontstaan er heerlijke verwarrende bewegingen. Het fragmentaire begin blijft wat te veel hangen in een experimenteel improvisatieproject, daarna groeit het wel uit tot een sfeervolle productie. Wie haalt deze productie naar Vlaanderen? Info: www.tanznachtberlin.de
|
| Dit artikel werd reeds 194 keer gelezen. | auteur(s):Tuur Devens |
|