Klassiek theater met spanning, humor en een liedje nu en dan. NTGent, Instinct | 27 November 2007 |
Je zou Instinct van Johan Simons fijn en spannend vermaak voor de hele familie kunnen noemen. Die noemer dekt de lading, maar klinkt te denigrerend voor het staaltje komische film noir dat NTGent op de planken brengt. Niettemin zitten alle ingrediënten erin: spanning, humor en een prettig liedje nu en dan.
Instinct haalt de mosterd bij Billy Wilders Double Indemnity uit 1944, een verfilming van de gelijknamige novelle van James M. Cain. Uitgangspunt is een net-niet-perfecte verzekeringsmoord uit lust en winstbejag, die schoon schip maakte met de idyllische liefdesgeschiedenissen die in die tijd veelvuldig het grote scherm sierden. Phyllis (Elsie De Brauw) is een femme fatale die haar burgerlijke huisvrouwenbestaan niet meer ziet zitten. Als ze bezoek krijgt van verzekeringsmakelaar Walter Ness (Pierre Bokma), ziet ze haar kans schoon om haar leven wat nieuwe passie in te blazen en er tegelijk een mooie duit aan over te houden. De twee smeden plannen om Phyllis' steenrijke echtgenoot (Frank Focketyn) het hoekje om te helpen. Ness' ervaring in het verzekeringswezen zorgt ervoor dat de voorbereiding de perfectie benadert. Het blijft echter bij benaderen, want Ness begint het stuk in een ziekenhuisbed, geveld door een schotwonde. Tussen het ijlen door vertelt hij in lange flashbacks hoe hij die heeft opgelopen.
Wat van Instinct een sterke voorstelling maakt, is het geslaagde evenwicht tussen de elementen uit de film noir en goed gekozen humoristische momenten die de dramatische plot vleugels lijken te geven. De pakken en hoeden lijken zó uit ouwe Hollywoodfilms te zijn geplukt. Simons monteert de scènes aan, door en over elkaar op een manier die we vooral uit de bioscoop gewend zijn en die het avondvullende stuk behoorlijk wat schwung inpompen. Ook in de bewegingen van de acteurs zitten duidelijke verwijzingen naar de film noir. De parodie wordt versterkt door een portie ondubbelzinnige grappen à la Focketyn en Opbrouck (die Ness' collega en vriend Keyes speelt). De muziek van de Ink Spots, een close-harmonyband uit de jaren 30 en 40, maakt het plaatje compleet. Nu en dan breken de acteurs uit in een musicalachtig deuntje dat de spanning van het stuk precies zó doorbreekt dat het geheel er alleen maar steviger uitkomt. Op die manier ontstaat een zotte voorstelling over moord, wellust en winstbejag, waarmee het publiek zich geen seconde verveelt. De bevraging waaraan de kapitalistische maatschappij zich in het verhaal blootstelt, wordt er verteerbaarder, maar daarom niet minder priemend door.
Nog meer dan van de plot en de vondsten van de regie, kun je echter genieten van het acteren op zich. Je merkt in Instinct dat Johan Simons het spel voorop plaatst. Hij stelt zijn acteurs stuk voor stuk in staat om hun hele kunnen over de scène te gooien. Daarbij vullen vooral de uiteenlopende stijlen van Opbrouck en Bokma elkaar prachtig aan. Klassiek theater in zijn puurste vorm, met knipogen naar film noir, musical en komedie.
Info: www.ntgent.be
|
| Dit artikel werd reeds 96 keer gelezen. | auteur(s):Ines Minten |
|