Theatermaggezien ®
omdat theater belangrijk is...
ARCHIEF 2000 - 2014

Pop en lichaam in evenwicht.
De Maan speelt Kijk eens wat ik kan
30 Oktober 2006

Een danseres kijkt naar wat de poppenspeler met zijn pop doet. Ze doet dat na. Wat zij brengt is sierlijker, maar zij kan niet zoals de pop haar twee benen tegelijkertijd opheffen, of helemaal de lucht in vliegen. Het lichaam van de danseres wordt af en toe getransformeerd tot een pop, en die pop groeit tijdens de voorstelling boven de echte danseres uit. Beide proberen aan de zwaartekracht te ontsnappen, beide lukt het niet voor lang, ook de pop wordt op een moment losgelaten, maar ondertussen hebben we kunnen genieten van een pareltje van visueel theater voor peuters en kleuters.

Bijna tien jaar geleden heb ik voor het internationale poppenfestival in Dommelhof - Neerpelt de programmering en dramaturgie verzorgd. Wij wilden de spanning onderzoeken tussen pop en lichaam. Wanneer wordt een object een levend lichaam, wanneer wordt een lichaam een object? De coproducties die we toen maakten waren een mix van dans en figurentheater, een samengaan van beeldende en bewegende kunsten. De tekst van Heinrich von Kleist uit 1810 Über das Marionettentheater was toen ons uitgangspunt. De nieuwe productie van De Maan, Kijk eens wat ik kan had perfect op dit festival kunnen staan.

Heinrich von Kleist had het al bijna tweehonderd jaar geleden over de reinste gratie van een danseres. Die kon ze slechts bereiken als ze een pop was (of een God). Zijn essay is zowel een credo in de danswereld als in de figurentheaterwereld. De marionet, de pop als ideale danser. En de danser kan zijn ideaal slechts benaderen door steeds meer als een ledenpop te zijn. De Maan heeft met haar productie de pop weer uitgespeeld tegen de danseres. Maar ze voegt een nieuw medium, een nieuwe kunstdiscipline, toe: de video. Videobeelden als katalysator tussen leden pop en echt lichaam.

Kijk eens wat ik kan is een echte productie voor kleuters: korte scènes die elkaar associatief opvolgen, steeds op hetzelfde thema variëren, en met een steeds terugkomend element (in dit geval verschillende soorten animatiebeelden van een onzelieveheersbeestje. ) Er is geen echt verhaal, het gaat in deze productie om inleven. Een peuter, kleuter die ook graag wil laten zien wat hij of zij al kan, en ondertussen kijkt naar de anderen wat die al kunnen en dat dan ook probeert, zo’n peuter of kleuter zal zich in deze productie misschien niet direct herkennen, maar hij is er zeker mee weg. Regisseur Willem Verheyden wilde in sprekende beelden de plasticiteit van het lichaam weergeven in een grote cyclische beweging, en daar is hij heel goed in geslaagd.
Heel vlot en soepel en vooral heel organisch schuift (ook letterlijk) het ene beeld in het andere. Plastic taartvormen worden borstjes, en verdwijnen in zwart theater, handen vallen als bladeren, en een onzelieveheersbeestje wordt getekend en ingekleurd en vermenigvuldigt zich. Krijtlijnen worden uitgetekend en de danseres doet de bewegingen na, en even later gaat ze in ballethoudingen staan, en worden haar standen getekend.
Papieren bomen, bussen, vissen komen tot leven in de animatieprojecties en schuiven uit het ene kader naar de andere wand. Heel speels krijg je als het ware een combinatie van Tiktak-motieven en van Bauhaus-elementen. De spirit van het triadische ballet van Oskar Schlemmer is in deze productie nooit echt ver weg.
De gestileerde figuren uit repen stof en plastic worden in beweging gebracht door Paul Contryn, de huisscenograaf van De Maan. Lieve De Pourq is de danseres. Zij studeerde bij PARTS en zij weet in deze productie dans en beeldende kunst mooi te vermengen. Beeldend kunstenaar Toon Van Ishoven integreert de video. De video brengt pop en lichaam in evenwicht.
De frisse en speelse klankcompositie van Bo Spaenc vult deze kijkvoorstelling perfect aan.


Info: www.demaan.be

Dit artikel werd reeds 220 keer gelezen.auteur(s):Tuur Devens