Theatermaggezien ®
omdat theater belangrijk is...
ARCHIEF 2000 - 2014

Bij Esther de Koning moet je zijn.
Blauwe Engel/het Woelige Baren met Van binnen moet je wezen (+8)
6 Maart 2006

Kompleet een eigen wereldje maken, je totaal afzonderen van de anderen, jezelf opsluiten, je eigen waarheden creëren, dood willen zijn, dat alles, en nog veel meer zoals vermageringszucht, de beste willen zijn, zelfmedelijden hebben, zich afzetten tegen macht van de ouders, die zelfs niet eens je echte ouders zijn, zich willen volvreten als daad van verzet, en vooral aandacht vragen, aandacht smeken, dat alles, en nog meer zit in de voorstelling Van binnen moet je wezen, een verteltheater van Esther de Koning. Een echt humoristisch theater, met een traan in een lach. Onder de leuke verwoordingen, verhaaltjes en het knotsgek spel schuilt een tragiek van eenzaamheid en zich niet begrepen voelen.

“ik heb mezelf bedacht, heb ik bedacht.” Je zou het als een van de vele kernzinnen van het stuk kunnen beschouwen. In een jack met kap sluipt Saar langs een rek met fruitsappen, chips, pizzadozen. Ze voelt zich door het publiek betrapt, en ze wil zich eruit lullen. Ze wil haar turnkwaliteiten tonen, dan haar slimheid, haar moed, en het ene onderwerp volgt op het andere. Heel associatief wordt het verhaal opgebouwd, en het valt ook weer steeds als een puzzel in elkaar, zoals bij goede cabaretiers als Freek de Jonge en Wim Helsen. Een dik uur ratelt ze op het jonge publiek in, trekt de raarste smoelen, kronkelt haar armen en benen in de raarste bochten, zet stemmetjes op. Kortom, soms is ze als een overdonderend hyperkinetisch adhd-kind, en verlang je even naar rust. Je krijgt soms zelfs begrip voor de onzichtbare ouders die deze dochter (zogenaamd?) in de voorraadkelder hebben opgesloten. Dat zegt Saar tenminste. Als toeschouwer weet je eigenlijk niet meer wat waar en niet waar is in het verhaal. Het zijn fantasieverhalen en potentiële verklaringen over haar plaats op deze plek bij een rek met snoep en fruitsap. De hele tijd hoor je op de achtergrond, het ene moment wat sterker dan het andere, klanken, stemgeluiden. Zijn het de stemmen in haar hoofd? Ik veronderstel het. Is het personage een anorexia-patiënte die met haar ziekte worstelt? De flitsende spichtigheid van Esther de Koning wijst in ieder geval in die richting. Ook haar verbaal streven om met die magerte iets geweldigs te doen, een heldendaad te verrichten, zelfs dood te gaan, lokken deze interpretatie uit. Hoe het ook zij, dit “vrolijk, zielig sprookje over overlevingsdrift en het grote verlangen naar een eigen plek in de wereld” (zoals de aankondiging luidt) is een geweldig hilarisch én ontroerend stuk.

Esther de Koning hebben we al eerder zien schitteren in Mie, bij Het Vervolg. (zie archief). Zij kreeg daarvoor in 2005 de 1000Watt Lichtpuntprijs. Nu zit zij bij Het woelige baren, een Nederlands gezelschap. Noël Fischer van Blauwe Engel (een Nederlands duo dat vooral fysiek en beeldend kindertheater wil maken) zorgde toen voor de regie. Noël Fischer kennen we ook als regisseuse van Villa Fink en Peer, twee producties die zij samen met Laika maakte. Ook nu verzorgt ze de regie, met een even indringend resultaat als al die andere opgesomde producties.
Ik kan alleen maar zeggen, iedereen boven de acht jaar moet gaan kijken, zich lekker laten onderdompelen en dan maar genieten! En wees niet bang: Stof tot (zelf)reflectie wordt in bakken over je heen gekiept.

Nog t/m 22/3 in Nederland. Volgend seizoen hopelijk volop in Vlaanderen en Nederland.


Info: www.stipproducties.nl

Dit artikel werd reeds 65 keer gelezen.auteur(s):Tuur Devens