Projecten van het Huis voor Kunsten op Straat Nabespreking Theater op de Markt 2004 | 16 Augustus 2004 |
Het tweejaarlijkse festival Theater op de Markt, deze keer in Hasselt van 12 tot 15 augustus j.l. (2004), is een initiatief dat door het Provinciaal Centrum voor Theater Dommelhof-Neerpelt van de Provincie Limburg wordt opgezet. Het is al jarenlang het openluchtfestival bij uitstek. Ik mag wel zeggen – en ik ben echt niet alleen! - van het beste wat België te bieden heeft in de zomer. De term openluchttheater moet ruim gezien worden: veel producties spelen zich ook in tenten af, of op bijzondere locaties. Wat de organisatoren vooral willen is dat er kwaliteit geboden wordt, dat het element theater primeert. Dommelhof wil laten zien dat straattheater heel wat meer is dan wat animatie op de hoek van de straat.
Op de editie van Theater op de Markt dit jaar in Hasselt waren er naast talrijke buitenlandse gezelschappen ook Vlaamse en Belgische artiesten aan het werk, zoals De Onderneming met het pallieterachtige,vitalistische Nagras, het Alibicollectief met Slak, Theater Froe Froe met Love in Baylon, allicht de gebroeders David en Danny Ronaldo met La Cucina dell’arte, Laika met een Kamishibai-versie van Floris en Blancefloer in een heel klein entje.
Daarnaast wil men ook aanstormend talent de kansen bieden om hun ding te creëren, en daarvoor biedt Het Huis voor Kunsten op Straat logistieke en artistieke begeleiding. Op het festival heb ik een paar projecten die met steun van dit huis tot stand gekomen zijn, kunnen zien. Alles zien was onmogelijk, gewoon al door de hoeveelheid van voorstellingen moest je een selectie maken. Verder zijn er paar voorstellingen letterlijk in het water gevallen door de aanhoudende stortregen (op vrijdag), en dan was er bij sommige voorstellingen zo’n massa volk, dat je niets meer kon zien.
Een man die slaapt speelt zich af in een container. Met een paar toeschouwers bevind je je in een lekker rommelige en herkenbare studentenkamer, en zit je vlak op een student die het allemaal niet meer zo ziet zitten. Wat er in zijn hoofd omgaat, hoor je via de computer. Zijn handelingen zijn miniem en eigenlijk nogal puberaal cliché, telkens valt hij terug in een eenzaamheid. Dat wordt allemaal heel expliciet gezegd. Waardoor dit stuk, dat gebaseerd is op het gelijknamige boek van G. Perec, de toeschouwer niet in de verwachte en gesuggereerde lethargische sfeer krijgt. De voorstelling suggereert een Reve-achtige beklemming, maar dat komt niet over. De locatie is aardig, het filmpje op het einde met het Born to be wild als ultieme wens van de student in zijn leegte maakt veel goed. Voor de rest heb ik vooral naar titels gekeken van de boeken die er op een stapeltje lagen, en betreur ik dat er niet meer diepgang uit Dostojewski, of actie en spanning uit een James Bond zijn gehaald. Ik denk wel dat het duo Liesbet Adriaensen en Katja Dreyer die deze locatievoorstelling maakten, iets in hun mars hebben, maar dit project overtuigde niet echt.
Waar ik heel wat meer moeite mee had was CircOmuze van Jan Vandoren. Het was een gewone binnenmuurse zaalproductie (goed, we zaten in een zaal van Kunstencentrum België er allemaal wat om heen, met mensen op de trappen of boven op de overloop). Wat ballen hangen er, wat gitaren. Een videoscherm als achtergrond. Een man in het wit en op stelten komt de scène op, kijkt verbaasd, beweegt sierlijk, neemt een gitaar, speelt jazzyachtige akoestische muziek die versterkt wordt. CircOmuze wordt aangekondigd als een nonverbaal, puur muzikaal en “een ritmisch verhaal van een steltenloper die in verwondering ronddwaalt in de kosmos”. De stelten legt hij na een tijdje af, en de kosmische beelden op het scherm, zijn wat tekeningen van een onweer, een stralende zon. Alles is zo nadrukkelijk aanwezig. Er verschijnt bijvoorbeeld een driehoek op het scherm, het personage kijkt er naar, wijst ernaar, legt drie ballen op de grond, in een driehoek, maakt een
|
|
(c) Theater op de Markt 2004
|
gebaar van een driehoek. Een danseres rent de scène op, draait om hem heen. Deze productie zinkt door de nadrukkelijke verfraaiingen en kronkelende bewegingsversieringen weg in zijn eigen oppervlakkigheid.
Heel wat minder pretentieus was gelukkig Joplada van Joppe Wouters, een jonge afgestudeerde van de ESAC-circusschool in Brussel. Het is een rasechte street-act, die een massa volk een half uur kan boeien. In zijn Ladajeep komt hij de speelplek opgereden, vreselijk traag en grimassen trekkend. Als een sjofele clown vraagt hij zich telkens af wat met de wagen aan de hand is, want de muziek stopt zo maar, of de claxon gaat, enzovoorts. Op, onder, in, voor, en achter de wagen springt en kruipt Wouters, maakt hij zijn salto’s en schroeven. Leuk en verassend, pretentieloos: gewoon een amusante straatact brengen, met veel clowngehalte en gedurfde sprongen. Meer hoeft dat soms echt niet te zijn.
Info over Huis voor Kunsten op Straat en andere projecten: www.limburg.be/pct
|
| Dit artikel werd reeds 189 keer gelezen. | auteur(s):Tuur Devens |
|