| Plasticine: het vuil van de straat | 16 Mei 2004 |
Je kan er niet naast kijken, naast de vuilniscontainers die op de scène staan in de voorstelling van Plasticine, een stuk van de Russische auteur Vasilij Sigarjov, een creatie van Theater Zuidpool, Antwerpen. Je kan evenmin naast de zes contrabassen kijken en de zes spelers die ze beroeren, manipuleren of ze als een rekwisiet gebruiken, al naar gelang welk gevoel, welke situatie of symboliek van toepassing is. Op het eerste gezicht een ietwat bizarre combinatie tussen realisme en symbolisme, maar stilaan wordt de tegenstelling duidelijk.
In Plasticine zijn we getuige van het ruwe dagelijkse leven van een straatjongen in Moskou, maar het kan evengoed gebeuren in de sloppen van om het even welke grote stad. De ouderloze Maksim woont in bij zijn oma, kneedt plasticine om zich af te reageren. Hij wordt misbruikt, gehoond, vernederd, weet geen weg met zijn prille seksualiteit. Hij is prooi en dagjesdief, hij provoceert en wordt met een ouder vriendje in de val gelokt door een hoertje dat ronselt voor kinderverkrachters. Maksim is een gevoelige en eenzame jongen die fijn gemalen wordt in de molens van een ontredderde maatschappij.
De Russische schrijver Vasilij Sigarjov (Wassily Sigarew in het Russisch) heeft met Plasticine (Plastilin), geschreven in 2000, op korte tijd een groot aantal theaters veroverd. En ook zijn volgende stukken, Tsjornoje moloko (Zwarte melk) en Ladybird gaan dezelfde weg op. Hij wil met zijn werk een beeld schetsen van de marginaliteit waarin een massa Russen zijn beland na de val van het communisme. Zij kunnen niet op tegen het alles verslindende egoïsme dat de nieuwe economie overwoekert. Naar schatting zwerven twee miljoen dakloze kinderen als ratten door de Russische steden. Ze zijn voor veel voorbijgangers het vuil van de straat. Duitse sociologen hebben enkele van hen wegwerpcamera’s gegeven om hun wereld in beeld te brengen en hebben de foto’s ook tentoongesteld. Maar Sigarjov leent zich niet tot vrijblijvend onderzoek. Hij wil zijn tijd, zijn biotoop beschrijven, maar meteen elk realisme overstijgen, hetzij door humor die naar satire en soms naar cynisme neigt, hetzij door poëzie die bizar is en weinig warmte geeft. Zelf geeft hij toe dat er maar weinig licht in Plasticine zit, weinig hoop, veel wanhoop die tot zelfmoord kan leiden. Maar hoe weinig ook, er is licht.
Regisseur Koen De Sutter behoudt in de tekst de verwijzingen naar het huidige Rusland (in een deugdelijke vertaling trouwens van Bob Snijers) maar stelt de problematiek al onmiddellijk zeer ruim. Hij duwt de tegenspelers van Maksim een contrabas in de handen en schept een resem spelmogelijkheden. De productie wordt er lichter om verteren door, de instrumenten zijn een extra dimensie voor de tekst en, zoals Maksim zich afreageert op de plasticine, zo kunnen ook de andere spelers zich af en toe afreageren met de strijkstok. Een af en toe werkt een sonore toon als balsem op de ruwe huid. Naast elke acteur een even groot instrument verwijst dan ook naar de gespletenheid in de mens. De zeer jonge Maksim heeft deze (nog) niet. Hij is onschuldig en daarom niet geschikt voor deze wereld. Wie wel schuldig is, maakt de toeschouwer zelf wel uit.
Plasticine is een voorstelling die ongemakkelijk maakt. Het is een directe confrontatie met verbaal en fysiek geweld, met misbruik van vertrouwen, en met toestanden die niemand wil terwijl je met al je goede wil machteloos toekijkt.
Toch is dit geen naturalisme. Volgens Sigarjov is het sfeerscheppend theater. De Sutter geeft er een eigen cachet aan. De acteurs zijn tegelijk spelers en vertellers: zij zeggen ook de regieaanwijzing die hun rol inleidt. Precies daarin zit het vleugje poëzie, dat de schrijver elders niet kwijt kan. En daarmee kunnen De Sutter en zijn spelers de balans tussen realisme en codering in evenwicht houden. En waar de tekst te kort schiet, komt de contrabas tussen.
Voor de gelegenheid is de Zuidpoolploeg aangevuld met de jonge spelers Gilles De Schryver, als Maksim en Joeri Cnapelinckx, als zijn vriend Ljocha. Ze leveren opmerkelijke prestaties evenals gastacteur Sam Bogaerts, die sterk uiteenlopende rollen vertolkt.
Plasticine krijgt bij Zuidpool een vervreemdend effect. Het docudrama wordt kunstig hoog opgetild om dan weer hard op de grond neer te komen. Plasticine grijpt naar de keel en laat de toeschouwer verbijsterd achter.
Aansluitend bij de voorstelling is er ook het nummer 30 van het driemaandelijks tijdschrift Zuidpool. Daarin worden verschillende aspecten van de ontwrichting van de postsovjetsamenleving belicht aan de hand van werk van verschillende hedendaagse Russische kunstenaars. Een onthullend document.
Plasticine is nog te zien in Theater Antigone, Kortrijk op 21 en 22 mei, en in de Parkeergarage in Genk (in samenwerking met de culturele centra van Genk, Houthalen en Heusden-Zolder), op 26, 27 en 28 mei 2004.
Info: www.zuidpool.be
|
| Dit artikel werd reeds 201 keer gelezen. | auteur(s):Roger Arteel |
|