| Schieten in de supermarkt | 31 Maart 2004 |
Theatermakersgroep de Queeste is een bijzonder theatergezelschap. Niet alleen om het feit dat zij het enige professionele theater in Limburg is, maar vooral om het feit dat ze heel bewust en gedreven politiek theater wil maken. Politiek theater, niet in de zin van het vormingstheater uit de eind jaren ’60 en zeventiger jaren met een duidelijke boodschap, maar wel een theater met een sterk sociaal, politiek micro- en macromaatschappelijk engagement, vanuit de visie: het leven is politiek. Ze willen verhalen brengen over de grote en kleine dingen des levens, niet de klassiekers, maar liefst bijzondere en hier nog onbekende verhalen van zoekende en vluchtende mensen.
De groep kiest voor duidelijke, actuele maatschappelijke thema’s, documenteert zich uitgebreid daarover, legt gedegen dossiers aan, ze leggen allerlei linken naar de wereldactualiteit en schuwen het ook niet standpunten in te nemen. Dat kun je op hun website goed volgen. Ze doorgronden in lectuur en gesprekken de problematiek die in de gekozen stukken aan bod komt, vooral maatschappelijk, ze zoeken intens naar een bij de problematiek passende vormgeving, met het risico dat ze de intrinsieke personage-ontwikkelingen uit het oog verliezen. Hun aandacht focust zich op het sociale en maatschappelijke, veel minder op het psychologische. Zij willen ook een speelstijl hanteren, die psychologisering uitsluit. Om zodoende de thema’s te onthullen, en helder en transparant te zijn, om “zo zuiver mogelijk en zo straf mogelijk te zijn” zegt de groep. Voor hun is dat dan vooral fysiek spelen, en scherpe beelden op de scène zetten. Geen inleving, geen psychologie, maar flitsende beelden, achter, maar ook naast en door elkaar: “gestapeld spelen”, noemt Christophe Aussems, een van de theatermakers, dat.
In een interview zeiden ze:
| We vertrekken vanuit een nauwgezette tekst- en taal benadering. We interpreteren de tekst, bepalen onze standpunten over personages, we zoeken heel precies naar wat we willen vertellen. Wij zoeken geen psychologische gedragsverklaringen, maar typeringen van hoe mensen zich manifesteren ten opzichte van hun omgeving, de realiteit waarin ze leven. We zoeken naar extreme personages, naar archetypes. |
Zo werden in vorige seizoenen Stallerhof/Geisterbahn van de sociaal geëngageerde auteur Franz Xaver Kroetz aangepakt, daarna Haarmann van von Mayenburg. Tussenin was er nog het zelf geschreven Shock een echt politiek pamflet over de Palestijnse kwestie, gemaakt vanuit een eerlijke verontwaardiging. Ook zelf geschreven was het stuk waarmee dit seizoen gestart werd: Kleinood Teheran geschreven en gespeeld door Dirk Tuypens en Helena Van den Berg, over een toevallige ontmoeting tussen een vrouw en een oorlogsfotograaf. Ze spelen met een afstand tegenover hun personages. Het gaat zelfs zover dat ze hun personage inleiden met: “toen zei hij”, “zij zei”. Dat was een heel strak vormgegeven en gespeelde productie. Er was een spanningsboog, en juist omdat ze de tekst zelf hadden gemaakt en die dus op hun vermogen hadden kunnen afstellen, overtuigde het spel. Het zijn nog personages, het zijn geen personae, het blijven individuen, het zijn geen archetypes. In hun nieuwste productie 9mm van de Franse auteur Lionel Spycher maken ze van de personages die erin voor komen wel personae: dé winkeleigenaar, dé secretaresse, dé winkeldief, dé securityman . En daar botst het dan. Ik zal proberen uit te leggen waarom.
9MM gaat over een directeur van een supermarkt, die zoveel mogelijk wil verkopen, daarvoor allerlei plannen opstelt, en heel goed weet dat je bij de consument verlangens kunt aankweken, en dat dan ook heel bewust en sluw doet. Ondertussen floddert en flirt hij met de naïeve secretaresse. Aan de andere kant is er de jonge winkeldief, die even sluw aan zijn zaakjes komt. Ze zullen elkaar proberen te chanteren, als het broertje van de jonge winkeldief wordt doodgeschoten. Daartussen staat de plichtsbewuste bewaker, die de baas moet dienen maar uit het milieu van de dief komt. Op het einde verliezen ze allemaal. Er wordt wat afgeschoten en er volgen lange doodsreutels.
(Het stuk is ooit geregisseerd door Christoph Marthaler van het Schauspielhaus Zürich. Hij is hier bekend door producties die op het Kunstenfestivaldesarts te zien waren, en terecht veel lof oogstten. Wat had ik graag die voorstelling gezien!) De Queeste speelt in een strak gelijnd en gepunt decor met monitoren en af en toe videoprojectie tegen het kantelend plafond. Afstandelijk, koel, leeg, wantrouwend, een poging om de beklemming van constant bewaakt te worden, te verbeelden. Door de ‘depsychologiserende’ speelwijze blijft het rond deze thema’s draaien, en verdwijnt de existentiële tragedie van angsten, eenzaamheid, vrees, macht en onmacht die er in dit stuk ook aanwezig is. Een moeder die haar kinderen verliest speel je niet door wat te gillen. Door het vlakke spel gaat de existentiële essentie verloren, en verwordt het stuk tot politiek boodschapperige woordkramerij. Mild geformuleerd: De Queeste heeft(nog) niet de juiste speelstijl voor de stukken die ze kiest.
Info www.dequeeste.be
|
| Dit artikel werd reeds 160 keer gelezen. | auteur(s):Tuur Devens |
|