Theatermaggezien ®
omdat theater belangrijk is...
ARCHIEF 2000 - 2014

Koning Lear: een vrij radicale Shakespeare. 27 Februari 2004

Macht en bemind worden zijn onlosmakelijk met elkaar verbonden. Van daaruit vertrekt Tom Vermeir voor zijn interpretatie van Koning Lear, en met hem de hele ploeg van Tonic, die, hoe ongewoon het ook moge lijken, het tragische aan het speelse, het ernstige als het groteske, trachten te koppelen.

Tonic is een klein gezelschap dat ooit als Gordijnen voor Konijnen is begonnen met voorstellingen voor een jong publiek waarbij het spelplezier aanstekelijk werkte. Daarna zijn de spelers zich De Vrije Radicalen gaan noemen om uiteindelijk nu als Tonic op een even vrije en radicale manier als voorheen met theater bezig te zijn.

Met King Lear van Shakespeare gaan Wouter Bruneel, Koen De Ruyck, Tom Vermeir en regisseur Craig Weston even vrijpostig om als ze het een paar seizoenen geleden deden met Drie Zusters van Anton Tsjechov dat ze doodleuk als Tik (zoals het klokje thuis tikt…) met weinig middelen en veel succes op de planken brachten.

Voor de vertolking van de titelrol in Koning Lear werd Katelijne Damen aangetrokken, een actrice die al menig water doorzwommen heeft en zich wonderwel inpast in de mentaliteit van waaruit Tonic de wereld als een schouwtoneel bekijkt en het theater als een reflectie daarop. Er komt dus een goed uitgeruste ploeg naar voor om het varkentje Lear te wassen. Dat het hier gaat om één van de strafste tragedies van Shakespeare beseft men bij Tonic zeer goed, maar tegelijk is dit drama zo absurd dat het niet meer normaal is. Vanuit die abnormaliteit is men bij Tonic dan ook vertrokken: een rijke vader vervloekt en onterft zijn lievelingsdochter omdat ze eerlijk is in haar genegenheid tegenover hem. Lear laat zich door zijn twee andere dochters bedriegen en beseft maar al te laat welke stommiteit hij, ziende blind, heeft begaan.

Het potsierlijke van heel die situatie wordt in de interpretatie van Tonic aardig in de verf gezet. Dat daarbij een zeer oude vertaling (Burgersdijk!) wordt gebruikt, kan de pret alleen maar verhogen. De voorstelling baadt in de ongedwongen sfeer van knapen die krijgertje spelen en met alle gemak van rol en uitzicht wisselen. Damen als koninklijke vader en de jongens als zijn dochters. En weer gebeurt het met weinig middelen. Een doeltreffende mimiek, een stukje rekwisiet, een stembuiging, een kleine geste. En vooral een speelse ondertoon en af en toe een groteske uitvergroting.

Shakespeare’s verhaal van de aan waanzin ten onder gaande koning Lear wordt integraal gespeeld. Gaandeweg wordt de toon milder en de theatrale verwerking ernstiger. En daar wringt toch op de duur het schoentje. Het eindeloze verdriet van de koning en de uitzichtloze verlatenheid waarin hij is gesukkeld krijgt geen evenwaardige weerspiegeling op de scène. De overslag van hilariteit naar humor is nog duidelijk, maar de stap naar de tragiek ondanks de humor, verloopt minder geslaagd. De voorstelling mist de diepgang die de tekst naar het einde toe afdwingt. De koning Lear van Katelijne Damen krijgt niet de aangrijpende allure die men verwacht na de hilariteit en nadat de relativerende rode draad ten einde is gelopen.

De sterkte van Tonic zal wellicht nog altijd in de kortere, gecondenseerde en goed gebalde aanpak van vroeger liggen.

Koning Lear kwam tot stand in samenwerking met Publiekstheater Gent, Grand Theatre Groningen en De Toneelschuur Haarlem en met de steun van de Vlaamse Gemeenschap. Reisvoorstellingen.


Info: thassos@pi.be

Dit artikel werd reeds 236 keer gelezen.auteur(s):Roger Arteel