Theatermaggezien ®
omdat theater belangrijk is...
ARCHIEF 2000 - 2014

Een intrigerende Roberto Zucco van Theater Stap 26 Februari 2004

Ik volg Theater Stap al ettelijke jaren. Eind jaren ’80, begin jaren ’90 speelde deze toneelgroep met mentaal gehandicapten vooral beeldende producties. Het waren trage producties, vaak heel mythisch van ondertoon, die dreven op beelden. Een beeld dat mij altijd is bijgebleven is van de actrice Nadine, die onder een spot zit, zo maar te zitten, minuten lang. Met een enorm krachtige uitstraling. In de loop der jaren sluipt er steeds meer tekst in de producties. Dat is niet evident, want de gehandicapten zo trainen dat ze verstaanbaar praten, is een hele klus. Het is wel een signaal van de professionele gedrevenheid die Stap kenmerkt. Theater Stap wil zeker niet overkomen als een groepje gehandicapten die wat creatief bezig is. Integendeel, dit vaste gezelschap wil professioneel theater maken.

De laatste jaren is het parcours dat er regisseurs en theatermakers van buitenaf een aantal maanden komen werken. Zo zijn mensen van Les Ballets C de la B onlangs te gast geweest voor Ook, maakten Lotte van den Berg en Jetse Batelaan Ergens staat er nu een iglo leeg over verdwaalde mensen die blijven staan. Dit waren vooral bewegingsvoorstellingen met veel geënsceneerde beelden, en heel weinig tekst.

Voor de nieuwste productie werden Radomira Dostal en Mieja Hollevoet gevraagd. Radomira is een theatermaakster die grote affiniteit heeft met figurentheater en beeldend theater, ze speelde o.a. in Peer van Laika . Mieja Hollevoet maakte bij Bronks schitterende sprookjesbewerkingen zoals Assepoester en Blauwbaard, producties met eigenzinnige teksten en beelden. Zij kozen voor een bewerking van het bekende stuk Roberto Zucco van de Franse toneelauteur Bernard Marie Koltès. Klassiekers schuwt Theater Stap niet, een paar seizoenen geleden speelden ze een indringende Woyzeck van George Büchner. Door mentaal gehandicapten de personages te laten spelen, krijgen de theaterstukken een nieuwe, extradimensie. Ook hier is dat het geval.

Roberto Zucco is een fragmentarisch verhaal over een seriemoordenaar. Aan het begin ontsnapt hij uit de gevangenis, vermoordt zijn eigen moeder en nog een kind, belandt weer in de gevangenis. De fragmenten vertellen niet zo zeer het verhaaltje, maar schetsen intrigerend de moeilijkheden van de mens om zijn existentie te vatten, om crimineel gedrag te verklaren, om diepe eenzaamheid te overwinnen, of toch pogingen om ermee te leven, om de moeilijkheid aan te geven hoe je als mens moet, kunt reageren op goed en kwaad, en heel die schemerzone. Dat zit in het oorspronkelijk stuk in de filosofische teksten. In deze bewerking zijn de teksten uitgedund, en moeten de beelden spreken, de innerlijke vervreemding tonen.

Dat lukt erg goed. Op de scène staan grote draadhekken. De gevangenis is hiermee duidelijk weergegeven, daarna worden de hekken verschoven, en vormen een park, een verlaten metrostation, een nachtclub, enzovoorts (de verschillende scènes worden met een boventekst aangegeven). Het gevangen gevoel blijft. Aan de existentie valt niet te ontsnappen, het leven als een film noir. Dat is de alles bepalende sfeer, maar er is ook humor, fijne en subtiele humor, in kleine bewegingen, in de groteske outfits, in grote rusteloze gebaren.

De desolaatheid, de uitzichtloosheid, de troosteloosheid van mensen aan de zelfkant van de maatschappij, de onmogelijkheid om onder de marginaliteit uit te kruipen, het zit allemaal in, in het licht, in de vaak moeilijk verstaanbare teksten, in de fel gekleurde gummi-jasjes, in het spel: schrijnend is als een mankende vrouw haar beklag doet voor het traliewerk over zichzelf: “ik ben en sukkel”. Ook in dit stuk staat Nadine zwijgend voor zich uit te staren. Beklijvend.

Heel de voorstelling drijft op de compositie van Mauro Pawlowski. Zijn soundtrack van geluiden, losse klanken, slepende melodiesporen, klinkt constant als het geluid van een misthoorn van een schip in nachtelijke mist door de donkerte, zoekend en waarschuwend.

Theater Stap levert weer een bijzonder theater. Het moet mij van het hart dat theater met mentaal gehandicapten niet per se bedoeld is voor mentaal gehandicapten. Integendeel zelfs. In de voorstelling die ik zag (in de schouwburg van Genk) bestond het overgrote deel van het publiek uit mensen uit instellingen. Er was veel op en neer geloop naar de wc, er was geen reactie uit de zaal, er werd niet gelachen op de momenten dat het kon. Dat maakte het voor de spelers moeilijk om zich te concentreren. Daardoor ging het wat trager. Maar toch, hun uitvoering blijft nazinderen.

Nog tot en met 14 mei op tournee.

Info: www.theaterstap.be

Dit artikel werd reeds 195 keer gelezen.auteur(s):Tuur Devens