| De alakaloef en de slak | 31 December 2003 |
Een caravan voor de mensen vergelijken met een slakkenhuis voor de slakken, ach, het is een voor de hand liggende metafoor. Bijna een cliché. Maar het Alibicollectief weet dat met Pat Van Hemelrijck tot een frisse, ongedwongen en heerlijke inventieve productie om te zetten. Absurditeit is troef, een sympathieke absurditeit in een aandoenlijk kwadraat.
Pat Van Hemelrijck blijft al jaren dé ongebreidelde knutselaar die theater maakt. In zijn vorig leven als lid van het legendarische Radeis (jaren ’80) en later als solist in eigen producties en bij anderen, toont hij zich als een fantast die met objecten hele werelden kan toveren. Hij beschouwt materialen als het alfabet.” Objecten zijn dan woorden, en assemblages zijn dan zinnen. “ Hij maakt er hele installaties, “pièces montées” mee, waardoor en waarrond je als toeschouwer kunt lopen, en ook producties waarnaar je vanaf de tribune kijkt. In beide gevallen zijn het meestal verwondering, bewondering en genieten.
Sinds Pat Van Hemelrijck vanaf beginjaren ’90 zijn eigen Smaakmakerij in de buurt van het Brusselse Noordstation heeft, kan hij volop experimenteren. Hij noemt zichzelf en de mensen die hij om zich heen schaart, het Alibicollectief. De producties hebben als doel de toeschouwer een alibi te verschaffen even van deze wereld te zijn. Zijn producties zetten je er toe aan om de wereld weer even iets anders te bekijken.
Bij elke productie omringt hij zich met andere mensen. In het verleden zijn dat zijn geesteskompaan Fréderic Le Junter geweest, de muzikanten van El Fish, de mensen van Fundacion Patagonia, de mensen van Wurre Wurre. Nu is het Philippe De Martelaere van Wurre Wurre, en Alain Rinckhout, een acteur-mimespeler en improvisator.
Het Alibicollectief roept zich met deze productie uit tot het enige, echte “Alakaloeftheater”. (De Alakaloefs zijn de een uitgestorven Yaghan-indianenstam, nomaden in Patagonia.)
Patagonia is al in verschillende producties van Alibi het onderwerp geweest: de zoektocht naar die vreemde mensen, de zoektocht naar de essentie, wellicht de oorsprong van het leven, de zoektocht naar een vreemde en bevreemdende cultuur, de zoektocht naar een Utopia , naar een plek waar het in alle eenvoud goed is om te leven, een el dorado waar alles mag en kan, een wereld van een evenwichtige balans tussen realiteit en fantasie, het blijft een mythische inspiratiebron. In deze productie ‘Slak’ gaat een antropoloog op zoek naar de laatste Alakaloef. Wat zijn zijn leefgewoontes, en is hij wel de laatste? Het wordt een absurd verhaal, als het al een verhaal is, want alles loopt heel associatief en kronkelend in elkaar over, en escaleert tot de dolste hoogtepunten. Het doet er gewoon niet meer toe waarover het gaat, het wordt puur genieten van elk gespeeld moment.
Je ziet als beginbeeld een caravan die getrokken wordt door een indiaanse vrouw. Subtiel wordt beweging gesuggereerd, subtiel geven de videobeelden op de achterruit van de caravan de toon aan. Het gezin van vader, moeder en zoon dat een authentiek inheems gezin zou moeten zijn, leeft met westerse middelen en gewoontes in de caravan. De vader draagt een slakkentangetje om zijn nek. De antropoloog ziet dat als een artefact met hoog religieuze en etnologische waarde, maar de Alakaloef gebruikt het om slakkenhuisjes mee vast te houden. Een grote pluchen pinguïn fungeert als huisdier, later wordt hij ingezet als kermisattractie als een onoverwinnelijke vechtersbaas, waartegen de toeschouwer het kan opnemen. Een hilarisch gevecht ontstaat er dan. Maar daarvoor heb je al plat gelegen bij een heel absurd attractief televisieschimmenspel met een kookprogramma, schaterde je bij slapsticks van de acteur die als het ene personage zijn andere personage achtervolgt, keek je met open mond naar de verjaardagstaart die uitgroeit tot een berglandschap met grotten waaruit geen draken maar slakken komen, die op hun beurt door cult-iconen van actuele vechtersbaasjes al dan niet verslagen worden. De taart met grotten is een kleine “pièce montée” die Van Hemelrijck in deze theaterproductie heeft verwerkt. De caravan verandert ondertussen van een slakkenhuisje voor mensen in een vertelmachine, een kijkdoos, letterlijk een podium op twee wielen. Een wagenspel van de 21ste eeuw is het ongerijmde gevolg.
Alibi zou Alibi niet zijn, als de vingervideocamera niet gebruikt zou worden, die de dolle pret nog eens uitvergroot.
'Slak' van dit trio kent een hoog Monthy Phyton-gehalte, een slapstick-gehalte van de Dikke en de Dunne, een absurd Radeis- gehalte. Pat Van Hemelrijck is zijn eigenzinnig en eigengereid omgaan met objecten niet kwijt. Gelukkig maar, maar na al die jaren is het ook nu weer genieten. Tranen met tuiten lach ik: er wordt zo heerlijk gemixt in under- en overacting, in echte en geveinsde mislukkingen, in hilarische en minder hilarische momenten, in compleet voorspelbare acts en momenten die je volledig op het verkeerde been zetten. Kortom, ‘Slak’ smaakt naar meer, en na deze voorstelling smaken de escargots toch weer even iets anders.
Alibicollectief met ‘Slak’ hopelijk op veel zomersfestivals.
Inlichtingen: De Smaakmakerij, Vooruitgangstraat 323, 1030 Brussel, Tel. 02/201.03.69, E-mail: alibi.collectief@chello.be
|
| Dit artikel werd reeds 258 keer gelezen. | auteur(s):Tuur Devens |
|